donderdag 21 oktober 2010

Lemon Ginger Memories

Ik sloop zachtjes door de gang om Martijn niet wakker te maken, trok de huiskamerdeur achter me dicht en ontdeed me van mijn jas en tas, zonder de moeite te nemen ze op te ruimen. Te moe, te laat, te koud.

Mijn hoofd zat vol met herinneringen aan mijn lange, leuke dag, dus slapen zou nog wel even niet lukken. De eerste behoefte waar ik aan ging voldoen zou warmte zijn. Met een fleecedeken om me heen gewikkeld en een kop hete thee in mijn handen plofte ik neer, sloot mijn ogen en zuchtte eens diep. Hè hè, eindelijk thuis.

De thee in mijn mok was een van de nieuwe, die ik laatst besteld had, Lemon Ginger. Leek me een geschikte thee om lekker op te warmen. Daar had ik gelijk in, de thee is heerlijk en ik genoot er enorm van. De geur van de thee drong mijn neusgaten binnen en sleepte me mee terug in de tijd, naar de andere kant van de evenaar, naar een avond die ik nooit meer zal vergeten.....

19 juni 2010
De avond valt op Madagascar. Als twee uitgeputte hoopjes lagen we in het donker op het strand. Onze tweede dag in een uitgeholde boomstam op een grote rivier zat erop en hoewel we de nacht ervoor maar een paar uur slaap hadden gehad, peinsden we er niet over om overdag in de boot onze ogen even dicht te doen. Te veel te zien, te veel te ervaren. No way José, wij wilden niets missen! Niet vreemd dus dat we nu duizelend van de slaap op dat strandje zaten. Het was nog geen bedtijd, want ons avondeten moest nog komen!

Kippie met haar galgenmaal

Onze reis zouden wij de volgende ochtend vervolgen met één reisgenoot minder. De nek van Kippie was vakkundig omgedraaid door een van de roeiers en daarna hadden we Kippies veren zien wegdrijven in het laatste daglicht. Bedankt Kippie, het was gezellig, je was een smakelijk - en behoorlijk taai - hoofdgerecht.

Kippie, zonder hoofd en veren

Werkelijk, de Malagasy kunnen álles klaarmaken in een pan op een barbecue. Die avond kregen we een echt toeristengerecht; aardappeltjes en kip uit de frituur. Nou vraag ik je. Maar goed. Voor het zover was kregen we eerst nog een bordje soep. Als ik er aan denk loopt het water me alweer in de mond. Compleet uitgeput waren we, maar onze magen knorden en als uitgehongerde beesten slurpten en slobberden we onze soep naar binnen.

Hoe de Malagasy koken

Niet dat die soep nou zo'n culinair hoogstandje was, technisch gezien. Het was niet meer dan gekookt water met noodles en - de Malagasy cuisine kennende - waarschijnlijk een hele berg zout. Maar het pièce de résistance, de reden waarom ik deze soep nooit meer vergeten zal, was het laatste ingrediënt.

Grote stukken gember, vers van de wortel gesneden, uiteraard. Iets wat ik in Nederland bijna nooit eet, maar op Madagascar zat het vaak in het eten. Zo ook in deze soep, die eigenlijk het voorgerecht was, maar waarvan ik gulzig slurpend drie borden leeg at. Gelukkig was het niet zo erg dat ik al een beetje vol zat, vanwege de taaiheid van Kippie.

Boy oh boy, wat smaakte dat heerlijk! Ik zou niet weten of het me nu nog steeds zo goed zou smaken als toen, de locatie en omstandigheden hadden daar natuurlijk ook invloed op. Het is ook verder niet belangrijk.

Geuren kunnen krachtige herinneringen oproepen. En voortaan, als ik gember ruik, zit ik dus weer op mijn knieën op een plaid op een strand aan de oever van de rivier de Tsiribihina. Met in mijn ene hand een lepel en in mijn andere hand een aluminium bord noodlesoep met stukjes verse gember. Naast mijn eigen geslurp hoor ik het knapperende vuur, het spetteren van de olie in de pan, de rivier die aan ons voorbij stroomt. De enige andere kampeerders die avond staan een halve kilometer verderop, maar het is zo stil dat we hun stemmen toch af en toe horen, flarden van gesprekken, carried by the wind.

Halve maan, eerder op de avond

Als de soep op is, staar ik voor me uit in het maanlicht, zo moe dat mijn hoofd ervan tolt. Ik werk nog wat 'patatjes' naar binnen en kluif Kippie van haar botjes, zo goed en zo kwaad als dat gaat. We willen geen thee meer en kruipen direct in onze slaapzakken, die we op het strand hebben gelegd in plaats van in de tent. Ik houd mijn bril op en geniet van de prachtige sterrenhemel en de halve maan, die fel genoeg schijnt om geen zaklamp nodig te hebben. Ik herinner me dat ik het liefst helemaal niet wilde slapen, ik wilde niets missen.

Ik kan nog uren doorgaan met herinneringen ophalen en dankzij de geur van gember zal deze herinnering in ieder geval haarscherp blijven!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten